Update Uitbreiding A4, antwoorden van Rijkswaterstaat zijn binnen op vragen die BOL eerder gesteld heeft.

Geplaatst op 13-05-2020 16:23
Bron          

Als vervolg op de eerdere berichtgeving over de uitbreiding van de A4, (hier) hierbij de antwoorden van Rijkswaterstaat op onze vragen die we gesteld hebben in het vooronderzoek een jaar geleden.

Beantwoording van uw vragen.

In het gesprek met het Omgevingsteam heeft u vragen gesteld. U heeft enige tijd op deze antwoorden moeten wachten, omdat wij deze pas kunnen geven op basis van definitieve documenten van het OTB en MER. De motivatie hierachter is dat het project enkel informatie wil verstrekken die correct is en we hierin zorgvuldigheid willen betrachten. Op het moment dat deze vragen door u zijn gesteld waren enkel de voorlopige uitkomsten van de effectstudies bekend. Ook zijn wij gebonden aan wet- en regelgeving omtrent de zienswijzeprocedure, die bepaalt dat de wettelijke termijn 6 weken bedraagt vanaf de dag van terinzagelegging. In lijn daarmee worden alle betrokkenen op diezelfde dag geïnformeerd. Bijgaand treft u de antwoorden op uw vragen aan.
 
Vraag: Zijn stillere autobanden meegenomen in de geluidberekeningen?

Antwoord: Ja, bij de geluidberekeningen zijn stillere autobanden meegenomen.

Dit is conform de voorgeschreven rekenmethode. Dit is aangegeven in artikel 5.11 van het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 (Staatscourant jaargang 2014, nr. 10330). Het artikel regelt een verlaging van de wegdekcorrectie met 1 dB of 2 dB (afhankelijk van het wegdektype is het 1 dB of 2 dB). Dit betekent bij de berekeningen een extra geluidsreductie, die vooruitloopt op de ontwikkeling van de effecten van invoering van stillere banden en strengere geluidseisen aan wegvoertuigen.

Deze geluidreductie is overigens niet van invloed op de toetsing van geluidtoenamen van het project. De voornoemde geluidreductie van stillere banden wordt namelijk bij alle geluidberekeningen meegenomen. Dat geldt dus zowel bij de berekening van de geluidproductieplafonds als de geluidniveaus in de toekomst met uitvoering van het project en de verkeerstoenamen. Het is dus niet zo dat de geluidreductie voor stillere banden niet is meegenomen bij de bepaling van de geluidproductieplafonds en nu wel wordt meegerekend bij de beoordeling van het project. Aan beide kanten telt het op dezelfde wijze mee en heeft daardoor geen invloed op de toets van de geluidtoenamen als gevolg van het project.

 Vraag: Zorgt veel verharding en grote openingen tussen gebouwen ervoor dat geluid verder een woonwijk wordt ingedragen (specifiek t.h.v. de wijk Leidschenveen)?

Antwoord: De overdracht van geluid wordt beïnvloed door de objecten die tussen de geluidbron (de weg) en de ontvanger (woningen/bewoners) staan. Een geluidscherm en een geluidwal dempen het geluid. Datzelfde geldt voor gebouwen die langs de weg staan. Als er openingen tussen de gebouwen zitten dan is de demping minder. Een volledig gesloten front van gebouwen dempt het geluid natuurlijk wel meer dan wanneer er openingen tussen de gebouwen zitten.

De verharding van de bodem is van invloed op het geluid. Geluid draagt verder over water. Grasland geeft meer geluiddemping. Verharde oppervlakken zijn ‘akoestisch hard’ en resulteren er net als water in dat het geluid verder draagt.

Bij de berekening en beoordeling van het geluid wordt rekening gehouden met de akoestische eigenschappen van de bodem, de ligging en hoogte van bebouwing, schermen en wallen, de demping hiervan, maar ook de geluidreflectie die dit veroorzaakt.

 Vraag: Kan een hoger geluidscherm aan de ene kant van de A4 zorgen voor geluidsreflectie richting de andere kant van de A4?

Antwoord: De reflectie van geluid hangt samen met het materiaal waarin het scherm is uitgevoerd en de hoek waaronder het scherm is geplaatst. De huidige geluidschermen in Leidschenveen hebben een reflectiefactor van 80%. Ze weerkaatsen een groot deel van het geluid. Deze bestaande geluidschermen worden in het project A4 Haaglanden – N14 vervangen. Dat is nodig om plaats te maken voor de verbreding van de rijksweg. De nieuwe geluidschermen worden hoger maar ook zodanig uitgevoerd dat ze niet of nauwelijks geluid reflecteren. Het plan is om schanskorven gevuld met stenen toe te passen. In de kern komt een dicht scherm om geluiddoorstraling te voorkomen (geluiddicht). Aan de absorptie van de geluidafscherming worden geluideisen gesteld, die gelden voor de aannemer bij de uitvoering van het project. De schanskorven met stenen moeten het geluid grotendeels absorberen. Dit betekent een verbetering ten opzichte van de huidige schermen die 80% van het geluid reflecteren.
 
Vraag: Welke afwegingen zijn gemaakt met betrekking tot de geluidsberekeningen (specifiek ter hoogte van Leidschenveen)?

Antwoord: De uitgangspunten en resultaten van het geluidonderzoek zijn opgenomen in de akoestische rapportages.
 
Vraag: Waarom is het geluidscherm aan de overzijde van de wijk Leidschenveen hoger dan het scherm bij de wijk Leidschenveen zelf?

Antwoord: Bij Leidschendam-Voorburg staan in de huidige situatie schermen van ca. 3 meter hoog aan de noordzijde en 4,5 meter hoog aan de zuidzijde. De hoogte is ten opzichte van de wegverharding (buitenste rijbaan). Aan de zuidzijde ligt Leidschenveen. Daar staan in tegenstelling tot hetgeen in de vraag is genoemd juist de hoogste schermen. Onverlet blijft dat er een verschil in schermhoogte is. Op de achtergrond wordt hierna ingegaan.
 Het verschil in hoogte heeft te maken met het verschil in bouwjaar van de woningen en het verschil in geluidwetgeving dat hiermee te maken heeft. Dat is hierna verder toegelicht.
De woningen aan de noordzijde van de A4 zijn gebouwd rond 1973. De rijksweg A4 was er toen al. De Wet geluidhinder was er nog niet. De geluidwetgeving is namelijk eind jaren ’70 in werking getreden. Bij de bouw van de woningen is -vanwege het ontbreken van wetgeving- toentertijd geen rekening gehouden met geluid van de rijksweg.

De situatie veranderde met de invoering van de Wet geluidhinder. Voor bestaande geluidknelpunten, peiljaar 1986, is toen in de Wet geluidhinder aangegeven dat die gesaneerd moeten worden. Gelet op de afstand tot de rijksweg van de woningen aan de noordzijde van de A4 was de geluidbelasting in 1986 waarschijnlijk niet zo hoog dat sprake was van een saneringssituatie. Verder stelde de Wet geluidhinder geluideisen voor de fysieke wijziging van bestaande wegen. Er kwamen ook eisen voor de nieuwbouw van woningen en de nieuwe aanleg van wegen.

De rijksweg is in 1998 verbreed. Er zijn geluidschermen gekomen. Toen is rekening gehouden met de geluidnormen ter voorkoming geluidtoenamen en mocht dat toch gespeeld hebben de sanering. Of sanering ook nodig was en destijds is meegenomen valt nu -meer dan 20 jaar na dato- niet meer te achterhalen. Op dat moment was de reconstructie/saneringsregeling (R/S-regeling) van kracht. Dat betekent dat als er sprake was van sanering, dit moet zijn meegenomen bij de reconstructie. Hoe dan ook; er zijn voor de noordzijde van de A4 geluidschermen geplaatst van 3,5 meter hoog.

De woningen aan de zuidzijde zijn gebouwd rond 2004. De geluideisen voor de nieuwbouw van woningen waren daarbij van toepassing. Die zijn strenger dan de saneringseisen voor bestaande woningen en strenger dan het wegnemen van geluidtoenamen bij de eerdere wegverbreding. Het verschil in de hoogte van de geluidschermen tussen de noord- en zuidzijde van de weg hangt hiermee samen. Omdat de geluideisen voor de nieuwbouw strenger zijn, zijn de geluidschermen aan de zuidkant van de A4 hoger.
 
De huidige schermen en hoogten zijn uitgangspunt voor het project A4 Haaglanden – N14. De bestaande schermen moeten worden afgebroken om plaats te maken voor de wegverbreding er komen hogere schermen voor terug. De nieuwe schermen moeten een geluidtoename voorkomen. De huidige schermen zijn dan onderdeel van de referentiesituatie. Het resultaat is dat ook na realisatie van het project A4 Haaglanden – N14 er een verschil zal zijn in de hoogte van de geluidschermen aan de noordzijde en de zuidzijde (zuidzijde hoger dan noordzijde).

 Vraag: Draagt het gesteente/materiaal waarmee de schanskorven worden gevuld bij aan het uit de lucht halen van fijnstof?

Antwoord: Nee, het materiaal in de schanskorven heeft niet direct een effect. Relevant is wel dat de geluidschermen zelf wel leiden tot een lagere concentratie luchtverontreiniging achter de schermen.

Vraag: Zorgt de aanleg van onder andere de Blankenburgverbinding en de A16/A13 voor een verkeersaantrekkende werking op de A4? Geldt dit ook voor vrachtverkeer?

Antwoord: De Blankenburgverbinding en de A16 Rotterdam zijn onderdeel van de basisprognoses van de A4. Zowel in de autonome situatie als in de situatie met verbreding van de A4 is daarmee gerekend. Er zijn geen afzonderlijke doorrekeningen gemaakt waarbij alleen het effect van de Blankenburgverbinding en de A16 Rotterdam op de A4 inzichtelijk is gemaakt.

 Vraag: Impact van het project A4 Haaglanden-N14 op de knelpunten van het project A4 Burgerveen-N14?

Antwoord: In paragraaf 1.5.2 van het OTB is aangegeven hoe het project A4 Haaglanden – N14 rekening houdt met autonome ontwikkelingen, zoals de Verkenning A4 Burgerveen - N14.
 
Vraag: Hoe draagt de hoofd- en parallelstructuur bij aan het verminderen van de files op de A4?

Antwoord: Met name op delen van het wegennet waar veel uitwisseling van verkeer plaatsvindt helpt het scheiden van het afslaande en invoegende verkeer van het doorgaande verkeer bij het verminderen van files.

 ===